Het is weer afstudeertijd. Een tijdje geleden interviewde ik vier jonge theatermakers die in de jaren na hun afstuderen werden ondersteund door de Limburgse talentontwikkelingsorganisatie VIA ZUID. In de uitstroominterviews blikten ze terug op de ontwikkeling die ze hebben doorgemaakt. Een manier van reflecteren die ik iedereen gun. De geïnterviewden deelden mooie inzichten, die al pratende ook voor henzelf steeds helderder leken te worden. 

Zo ontdekte makersduo Anoek en Mees dat ze blijer werden van een jaar lang ‘artist in school’ zijn op een middelbare school in plaats van alleen maar voorstellingen te maken. ‘Het proces en het contact met mensen staan bij ons voorop. […] Alle theatraliteit zit al in het leven en daar creëren wij een podium voor.’ 

Regisseur Silke van Kamp voelde dat ze op een andere manier moest gaan werken om het op een gezonde manier vol te houden. ‘Door niet alleen maar te focussen op productie, heb ik een veel gezondere band met mezelf, mijn werk en mijn inspiratie kunnen opbouwen. […] Ik heb geleerd te voelen dat ik goed genoeg ben en maak nu vanuit wat ík wil maken.’

Theatermaker Lieke van der Vegt moest vooral leren om dingen uit handen te geven. ‘In het begin deed ik alles zelf: het lichtplan, het geluidsontwerp, het acteren, het schrijven en de PR. Ik voelde me soms één grote maakmachine die honderd ballen in de lucht moest houden. Zodra je ondersteund wordt, kom je erachter dat je idee wordt opgetild als je een team van mensen om je heen hebt.’

Je vindt de uitstroominterviews, waarin ook coaches van de makers aan het woord komen, hier:
-Anoek en Mees: ‘Levenskunst in plaats van theater in de black box’
-Silke van Kamp: Op zoek naar een gezonde en duurzame bron van inspiratie
-Lieke van der Vegt: Aan het roer in plaats van alles zelf willen doen